FISCAAL TUSSEN EENMANSZAAK EN BV
Fiscaliteit is voor de meeste kleine bedrijven van doorslaggevende betekenis bij de keuze tussen eenmanszaak en BV. Dit blijkt uit een studie van onderzoeksbureau EIM. Waar ligt voor u belastingtechnisch het omslagpunt? Kijk en vergelijk.
Aanleiding voor het EIM-onderzoek vormden de veranderingen in de inkomstenbelasting per 1 januari 2001. Met het nieuwe stelsel zijn de tarieven van de vennootschapsbelasting (Vpb) en de inkomstenbelasting (IB) een stuk dichter bij elkaar komen te liggen. Het hoogste IB-tarief bedraagt 52 procent en het gecombineerde tarief van de Vpb en het aanmerkelijk belang (IB, box 2) bedraagt maximaal 50,875 procent. De hamvraag is bij welk winstniveau een BV (Vpb-onderneming) fiscaal aantrekkelijker wordt dan een eenpersoonszaak (IB-onderneming). Om het omslagpunt te bepalen heeft het administratiekantoor Wittendorp de volgende drie praktijksituaties als uitgangspunt genomen.
Eenmanszaak
Voor de berekening van het gemiddelde IB-percentage dat een eenmanszaak moet betalen, wordt van de winst uit onderneming uitsluitend de zelfstandigenaftrek afgehaald (de overige vormen van ondernemersaftrek blijven hier dus buiten beschouwing). Vervolgens wordt hierop het bedrag van de algemene heffingskorting in mindering gebracht (arbeidskorting wordt niet meegenomen).
behaalde winst (in €)10.000 20.000 40.000 60.000 80.000 100.000 140.000 200.000 260.000 320.000 |
belasting minus heffingskorting (in €)0 3258 11.135 21.323 31.723 42.123 62.923 94.123 125.323 156.523 |
gem. IB-percentage van winst (in %)0 16,29 27,84 35,54 39,65 42,12 44,94 47,06 48,20 48,91 |
BV zonder winstopname
In dit geval wordt ervan uitgegaan dat de eigenaar/ondernemer van een BV als inkomen alleen salaris geniet. De resterende winst van de BV wordt dus niet opgenomen, zodat de ondernemer alleen Vpb over de winst betaald. Uitgangspunt is verder een brutoloonsom van € 40.000, waarbij € 13.184 aan IB wordt betaald. LET OP: een persoon die een aanmerkelijk belang heeft in een Vpb-onderneming wordt altijd geacht een bepaald bedrag aan salaris uit zijn BV te genieten (in 2006 tenminste € 42.000).
behaalde winst (in €)10.000 20.000 40.000 60.000 80.000 100.000 140.000 200.000 260.000 320.000 |
Vpb + IB (in €) 16.084 18.984 25.736 32.636 39.536 46.436 60.236 80.936 101.636 122.336 |
gem. Vpb-percentage van winst (in %)32,17 31,64 32,17 32,64 32,95 33,17 33,46 33,72 33,88 33,98 |
BV mét winstopname
In het derde geval wordt aangenomen dat de ondernemer van een BV de winst wél incasseert. Ervan uitgaande dat deze ondernemer tevens enig aandeelhouder is, moet over die winst Vpb én IB over het aanmerkelijk belang (AB) worden betaald (25 procent over de winst uit onderneming minus de reeds afgedragen Vpb).
behaalde winst (in €)10.000 20.000 40.000 60.000 80.000 100.000 140.000 200.000 260.000 320.000 |
AB + Vpb + IB (in €) 17.859 22.534 32.598 42.773 52.948 63.123 83.473 113.998 144.523 175.048 |
gem. bel.percentage van winst + loon (in %)35,72 37,56 40,75 42,77 44,12 45,09 46,37 47,50 48,17 48,62 |
Breed omslagpunt
Uit de cijfers blijkt dat bij een winst uit onderneming (na aftrek van salaris(sen) voor ondernemer en eventuele meewerkende gezinsleden en na verrekening van verliezen) die hoger is dan € 50.000 de BV fiscaal interessant wordt. Een vereiste is dan wel dat de winst niet naar privé wordt gehaald en dus in de BV blijft (voor toevoeging aan de reserves, investeringen en dergelijke). Indien u de winst wél naar privé haalt, is een BV altijd fiscaal aantrekkelijker dan een eenmanszaak vanaf een winst die hoger is dan € 260.000. Het verschil in belastingdruk is dan overigens niet groot: bij zeer hoge winsten iets meer dan 1 procent.
In de praktijk zullen veel ondernemers overigens niet de volledige winst naar privé halen, maar slechts een gedeelte. Het omslagpunt waarbij een BV fiscaal aantrekkelijker wordt dan een eenmanszaak is daarvan mede afhankelijk, maar ligt altijd tussen € 50.000 (volledige winstreservering) en € 260.000 (volledige winstuitkering).
Vooral specifieke ondernemersfaciliteiten zoals de zelfstandigenaftrek maken de inkomstenbelasting bij lagere winstniveaus aantrekkelijk. Het is wel belangrijk om in ogenschouw te nemen dat bij de Vpb-onderneming de ondernemer reeds loon heeft ontvangen en dat dit bij de IB-onderneming niet het geval is.